Het Beelenhof (nu: Bellenhof) werd gebouwd door Fréderick de Beelen-Bertholff in 1770. Het duurde exact 9 jaar vooraleer het Bellenhof volledig klaar was. Na enkele jaren in zijn kasteel gewoond te hebben, verhuisde hij naar Amerika. Het Bellenhof kwam in het bezit van de familie Osy de Wichen en later in het bezit van de familie de Baillet.
Na de dood van August de Baillet werd het domein onder zijn 2 dochters, Leontina en Louisa, verdeeld. Leontina kreeg de noordelijke kant, goed voor zo'n 64 ha grond. Louisa kreeg de rest. In de periode van 1865-1875 verkochten de 2 zussen het domein aan hun nicht Pauline de Baillet. Een goeie 40 jaar later, in 1910, stierf Pauline. Aangezien ze geen kinderen (erfgenamen) meer had, bepaalde haar testament wie de nieuwe eigenaar werd. Ferdinand de Baillet-Latour werd de nieuwe eigenaar. Meteen nadat hij de grond in zijn bezit had, wou hij het openbaar verkopen. Nog geen jaar later vond de openbare verkoop plaats, die heel wat kooplustigen lokte. Uiteindelijk werd het domein verkocht voor 77 000 fr. aan Albert van Steenberghe. Enkele jaren nadien, in 1917, werd het domein alweer verkocht aan John Ferdinand Collin.
Na Wereldoorlog I werd het domein vergroot. Op 13 mei, 2de Pinksterdag, 1940 verwoestten Belgische soldaten het Bellenhof. Heel de inboedel werd overgoten met benzine en in brand gestoken.
Toen de Duitsers in Maria-ter-Heide binnenvielen en begonnen te bombarderen, schoot er helemaal niets meer over van het Bellenhof. Het huis was onbewoonbaar waardoor de familie Collin voorlopig in een huis aan de Mechelsesteenweg woonde. In 1941 begon de familie met de wederopbouw van het Bellenhof. In 1947 was alles klaar, het Bellenhof stond er weer. In het Bellenhof hangen zeer waardevolle glasramen en een klok van de wereldvermaarde Zimmer.